"Donnez-moi un cadeau!"
We zijn er nog, helemaal intact, gezond, gebruind met zes mensen en drie rijdende auto's. Ditmaal vanuit de wildernis in Oost-Senegal en niet zoals onze oorspronkelijke route aangeeft het snikhete binnenland van Mauretanie, change of plans. We hebben al een tijdje geen Internet kunnen bemachtigen, vandaar dat dit verslag wat langer op zich heeft laten wachten (het is daarom ook wat langer dan normaal). Wederom een hoop meegemaakt: we hebben de route aangepast, mensen ontmoet, noodgedwongen reparaties laten uitvoeren en jawel, de eerste wilde aap gespot! Helaas moeten jullie nog even wachten op foto's, want het Internet is hier zo traag dat we ze niet kunnen uploaden:
Dag 15
17-07-2010
We zijn iets meer dan twee weken op reis en eindelijk gaan we op weg naar Mauretanië. Veel verhalen deden in Nederland de ronde over het beruchte ‘niemandsland' tussen de Westelijke Sahara (geclaimd door Marokko) en Mauretanië, waar nog veel landmijnen liggen uit de Tweede Wereldoorlog en latere burgeroorlogen. Reisdagboeken op internet stonden vol verslagen over corrupte overheidsambtenaren en dan hebben we het nog niet eens gehad over de AQIM, een tak van Al-Qaeda, die zo af en toe actief is in Mauretanië. Maar wees gerust, het feit dat we dit bericht op internet kunnen plaatsen betekent dat we goed terecht gekomen zijn. De reis van Dakhla naar Nouadhibou begon met een leuke verrassing. Een eindje uit Dakhla stopten we bij een tankstation om daar ons ontbijt te nuttigen. Toen we net ons eerste broodje pindakaas naar binnen werkten, werden we door een man uitgenodigd om bij hem thee te komen drinken. Een zodanig aanbod kan je natuurlijk niet afslaan en wij volgden de man met rasse schreden naar zijn miniscule woonkamer. Met een prachtige thee-set en ingewikkelde rituelen kregen wij al snel onze eerste kopje thee voorgeschoteld. Een blikje Red Bull is er niets bij! Al na twee slokken voelde je je ledematen tintelen en de energie door je lichaam stromen. Daarbij smaakte het ook nog eens ontzettend goed. Na de gebruikelijke beleefdheden te hebben uitgewisseld, vertrokken we richting de Mauritaanse grens, een ‘thé du Sahara'-ervaring rijker. Op weg naar de grens stopten we in een bergachtig gebied om onze luch te nuttigen en om een aantal foto's te maken voor een sponsor. We waren al ruim een uur geen auto tegengekomen en dachten alleen te zijn. Niets was echter minder waar. Achter een klein bergje bleek een aantal manschappen van het leger gestationeerd te zijn, zij bewaakten blijkbaar het grensgebied. Na deze korte tussenstop zijn we verder gereden richting de grens. Ondertussen was er een aardige zandstorm opgestoken, wat het zicht bemoeilijkte en werden onze auto's flink gezandstraald. Bij de Marokkaanse grens gingen de zaken prima, maar op Afrikaans tempo (ruim 2 uur). Om het beruchte niemandsland van 5 km te doorkruisen hadden we vriendschap gesloten met een Mauretaanse man in een Mercedes ML met zomerbandjes. Hij had het stuk al vaker gereden en wist de route, ook nu het zandstromde. Wij reden achter de man aan de poort uit en het was letterlijk niemandsland. Er was geen weg, alleen zand, rotsen en veel autowrakken die je doen herinneren aan de vele landmijnen. We hadden allemaal onze vierwielaandrijving ingeschakeld en het verliep voorspoedig. Aan deze euforie kwam echter een eind toen onze Mauretaan koos voor 30 meter diep zand. Hij croste met zijn zomerbandjes moeiteloos door het zand, terwijl de Patrol van Olaf en Tom diep weg zonk en na 10 meter met zijn achteras in het zand stak. We keken ons om heen, niemandsland, en werden bevangen door een gevoel van hopeloosheid. Uit een autowrak kwamen twee jongens naar ons toe gerend die direct begonnen te graven en te gebaren. Onze Mauretaan, die uiteraard gewend is in zand te rijden, kroop achter het stuur. Met wat graaf- en duwwerk lukte het om de Patrol los te krijgen en moesten we uiteraard de twee jongens betalen voor hun ‘harde' arbeid. We vervolgden onze weg en wederom kwamen we vast te zitten in het zand. Dit had als oorzaak dat de vierwielaandrijving kapot bleek te zijn. Onze Mauretaan vertelde dat hij haast had en weg wilde rijden. Op dat moment sloeg de paniek toe. We hebben de auto snel losgetrokken met de Patrol van Giselle en Timo en konden de Mauretaan volgen totdat ineens uit het niets de Mauretaanse grens opdook. De grens bestaat uit 1 stenen gebouw en drie houten barakken met golfplaten. Door onze Mauretaan, die ons blijkbaar helemaal fantastisch vond, kwamen we vrij snel de grens over. Dit had volgens ons als oorzaak dat onze Mauretaan cadeau's en pakken geld uitdeelde aan de douane. We vervolgende onze weg, samen met twee Nederlanders, Erik en Jitse en een backpackende Engelsman die we ontmoet hadden bij de grens, naar Nouadhibou, onze eindpunt van die dag.
Dag 16
18-07-2010
Samen met Jitse, Erik en hun puppy waarvan we de naam steeds vergeten, maar die we maar Fatima noemen omdat we ons steeds alleen herinneren dat het een Marokkaanse naam was, rijden we in colonne met drie Patrols en een versleten VW-busje naar Nouakchott. Het schijnt de lelijkste stad van heel Afrika te zijn, dus met een beetje frisse tegenzin op zak leggen we de bloedhete route dwars door de Sahara af naar het zuiden. Onderweg hebben we genoten van onvoorstelbare uitzichten: oranje zandduinen, achter zandduinen, achter zandduinen. Het is alsof iemand continu een ansichtkaart voor je voorruit houdt en je realiseert je pas echt dat het geen plaatje is als je op de remmen moet voor overstekende kamelen of wervelende zandstormen. Bij auberge du Sahara aangekomen, hebben we afscheid genomen van de andere reizigers en hebben we een charmante open tent op het dak en een kamer (met airco!) toegewezen gekregen.
Dag 17
19-07-2010
Het scharnier van de achterklep van de auto van Olaf en Tom heeft het begeven en de ruit bungelt nu, als de klep niet op slot is, losjes aan een hoekje achter de auto. Voordat we verder kunnen rijden gaan Tom en Bob dus een garage opzoeken. Aangekomen bij een muurtje waar nog net het woord ‘g..ra..e' op te lezen is, achter bergje schroot en autowrakken, duikt monteur Moses op, die met een paar handige bewegingen, een slijptol, een lasaparaat en wat staal een nieuw schanier erin heeft geknutseld. Ondertussen hebben Chrisje en Giselle zich ook aan het Mauretaanse stadsverkeer gewaagd en probeerden ze zonder kaart, op Giselle's richtingsgevoel, naar het Nederlandse consulaat te rijden. Daar wilden we wat informatie inwinnen over de kwaliteit van de wegen in Oost-Mauretanie. Doordat het nu regenseizoen is, is de kans tamelijk groot dat de ongeasfalteerde wegen onbegaanbaar zijn en de oversteek naar Mali niet mogelijk is doordat de rivier op de grens buiten zijn oevers is getreden. In een klein betonnen kantoortje, behangen met foto's van onze majesteit, vertelde de consul dat er wel mogelijkheden waren, maar dat de kans erg groot was dat we op het laatste moment alsnog om zouden moeten keren door regenval. Beter was het om via Senegal te rijden. De route via Senegal hadden we al een tijdje uit het roadbook geschrapt, omdat de verhalen over de grensovergang bij Rosso nogal angst aan jaagden. Mensen zijn daar tot 1000 euro gelicht, paspoorten verdwenen of de auto's mochten het land niet in. De consul wuifde dit allemaal met een licht handgebaar weg, ‘ga nou maar over Senegal, dan heb je in ieder geval asfalt tot aan Bamako (Mali)'. Ditzelfde advies kregen we nog van een aantal andere Mauretanen, waaronder Sidi, de man die ons door niemandsland heeft geholpen. Timo en Olaf zijn hem in Nouakchott nog tegengekomen en hij kwam 's avonds nog langs voor een praatje. In zijn splinternieuwe Mercedes heeft hij ons nog een rondleiding Nouakchott cadeau gedaan, op angstaanjagend tempo. Sidi blijkt toch een belangrijke man te zijn in dit land, sterker nog, een politicus met 1400 kamelen en een vooraanstaande vader met vier vrouwen (hij wilde Giselle ook nog toevoegen, maar helaas is het verboden meer dan vier vrouwen te hebben). Uiteindelijk heeft hij ons nog in contact gebracht met andere mensen die beter op de hoogte waren van de situatie en dit heeft ons doen besluiten de volgende dag een lange etappe naar Diama af te leggen. Een kleinere, schijnbaar gemoedelijkere, grensovergang ten westen van Rosso.
Dag 18
20-07-2010
Onderweg maakten de zandduinen plaats voor begroeiing en werd de temperatuur ook wat aangenamer omdat we dichter langs de zee reden. Voor de betonnen poort van Rosso, die een beetje deed denken aan ´the gate of Mordor´ uit ´Lord of the rings´ sloegen we rechtsaf een piste op richting het strand. Op de kaart stond dat het zo´n 60 kilometer zou zijn. Tien meter na de afslag stopte er een auto voor ons met een aantal mannen die bij hoog en laag beweerden dat de rivier overstroomd was en het pad al na vijf kilometer onbegaanbaar zou zijn. Zij kenden wel een andere route en konden ons daar, natuurlijk tegen een leuke vergoeding, naartoe leiden. We besloten dit eerst zelf te bekijken en startten de tocht. Het zand was mul en stof bedekte de auto´s van buiten en van binnen, er waren toch wat plassen. Tot overmaat van ramp zei de politiepost die we na tien langzame kilometers tegenkwamen dat de weg niet 60, maar 100 kilometer was. Toch maar doorrijden, want we waren er nu toch al aan begonnen. Uiteindelijk werden de wegen beter en bleken we in een fantastisch mooi nationaal park rond te rijden, waar we onze ogen hebben uitgekeken. Bij de grens van Mauretanie verliep alles voorspoedig en werden de visa afgestempeld. Vervolgens kwamen we een Portugees stel tegen die vastzat tussen de twee grenzen. Hun auto was te oud en ze mochten Senegal niet binnen, maar hun visa voor Mauretanie was ook al afgestempeld, dus dat land mochten ze ook niet in. Zweet brak ons uit en parelde langs onze stoffige wangen naar beneden. Onze auto´s waren ouder dan die van hun, maar wij konden aantonen dat we alleen maar ´transit´ waren, dus we probeerden het maar.
Voor de Senegalese grens werden we aangehouden om 50 euro te betalen om over een bruggetje te rijden. De lokale bevolking hoefde hier niets voor te betalen en we bewogen weer en wind om deze tol ook te omzeilen. Een grote statige, Islamitische man kwam vanaf Senegalees grondgebied in een dikke terreinauto, hij hoefde uiteraard niet te lappen. Hij vroeg wat er aan de hand was en vond het zo´n onaardig en vervelend welkom in Senegal, terwijl wij zijn continent kwamen helpen, dat hij erop stond de tol voor ons te betalen. Na uitvoerige dankwoorden begon het circus bij de politie en douane. Een veel gehoorde zin vanaf de grens was het gebiedende ´donnez-moi un cadeau!´. Met een enorme glimlach (grotendeels gefaked), een lading cadeautjes (klappertjes en twee t-shirts) en complimentjes en veel mooie verhalen over ons project, kwamen we langzaam, maar zeer gemakkelijk voor 25 euro in totaal de grens over. Dat doen niet veel mensen ons na!
Dag 19
21-07-2010
We stonden vroeg op in de Zebrabar, de beroemde camping waar bijna alle overlanders op weg naar Dakar zich settelen om een biertje te drinken. Het hele terrein lag onder het bouwmateriaal en rommel en dat kwam de charme van de camping niet ten goede. De eigenaar was een Zwitser, die goed op de hoogte was dat hij in elke reisgids zeer positief vermeld staat, kwam op den duur een beetje arrogant over.
De dynamo van de auto van Bob en Chrisje was ermee opgehouden en een taxichauffeur die voor de deur van onze haimu (West-Afrikaanse tent) stond te niksen, wilde ons wel helpen en een monteur regelen. Anderhalf uur later stonden er een paar mannen om de auto die in twee uur tijds de hele dynamo uit elkaar hebben geschroefd op een zeiltje en gereviseerd weer in de auto hebben bevestigd. Aangezien we een flinke etappe op de planning hadden staan voor vandaag en we niet in het donker willen rijden, moesten we helaas de beslissing maken weer een dag vertraging op te lopen. Timo en Giselle hebben met de taxichauffeur eten en water voor drie dagen ingekocht op de markt, wat een hele beleving was in het hectische Senegalese stadje St. Louis. De eigenaar van de camping hebben we gevraagd of we morgen beter de weg bovenlangs of onderlangs naar Kidira konden pakken en hij verzekerde ons de onderste te nemen, omdat daar een nieuwe asfaltweg lag.
Dag 20
22-07-2010
De asfaltweg richting Kidira had zoveel gaten in het wegdek dat iedereen gebruik maakte van de oude zandpaden die erlangs liepen, zo ook wij. Die nieuwe asfaltweg waar de Zwitser ons van had verzekerd, zal zo wel komen, dachten we keer op keer als we weer over een kuil stuiterden. Inderdaad, na meer dan 150 kilometer ploeteren was daar dan eindelijk het nieuwe asfalt, een genot om op te rijden. Helaas voor ons was na 50 kilometer het geld op en de werkzaamheden neergelegd, dus vervolgden we onze weg in het oude patroon: zandpaden in de berm. Op een punt hield de weg helemaal op en stonden we voor een afgrondje. En dan te bedenken dat dit een van de hoofdwegen van Senegal is. Aan de linkerkant pakten we het zandpad, op hoop van zegen dat deze de goede kant op zou lopen. Het zandpad veranderde in een modderpad en na een paar kilometer werd het ons duidelijk dat dit de ´nieuwe geasfalteerde weg´ was, die volledig door woeste regenval was weggevaagd. Uit brokjes asfalt en gravel konden we opmaken waar we naartoe moesten rijden en gelukkig vonden we af en toe nog enkele kilometers intacte weg. De dorpjes waar we langsreden bestonden uit rieten hutjes met ezeltjes ervoor en de mensen die we tegenkwamen waren uitzonderlijk aardig en spraken geen Frans, al kende iedereen de zin ´donnez-moi un cadeau!´. Dat laatste woord echoode ook de auto in als we langs een groepje enthousiast zwaaiende kinderen reden. We wisten dat we via deze slechte modderbaan nooit voor het donker aan zouden komen in Ouro Sogui dus besloten om 6 uur ons campement op te zetten in de wildernis een stukje van de weg af. We hebben in geen dagen zo fantastisch (en goedkoop) geslapen!
Dag 21
23-07-2010
Ons campement was snel ingepakt en de laatste 60 kilometer off-road waren vlot achter de rug. In Ouro Sogui stonden we bij de bank te wachten waar Tom geld aan het wisselen was, toen er een Senegalees met een snelle zonnebril naar onze auto´s kwam lopen. ´Oh nee, weer iemand die ons wil gidsen´, dachten we, maar we hadden het mis. `Amaaaai, zeg! Helemaal vanuit Nederland naar Senegal gereden, allez wat een afstand´, was zijn openingszin met het meest Vlaamse accent dat we ooit hadden gehoord. Hij woonde al 18 jaar in Vlaanderen, net over de grens bij Eindhoven, en wilde even een praatje komen maken. Hij kon ons ook nog adviseren over de komende route. Het asfalt noemde hij ´prima´ voor Afrikaanse begrippen, maar omdat de beste man in Belgie woont, waar het wegdek ook niet optimaal is, bereidden we ons op het ergste voor. De tocht door de velden met baobab bomen viel ontzettend mee deze keer en ruim voor het donker kwamen we aan in Kidira bij de grens van Mali, waar we ons neer hebben gestreken in het enige hotel dat in deze regio bestaat. Morgenvroeg zijn we de eerste bij de grensovergang, die hier om de hoek is.
Reacties
Reacties
Hahaha we hebben echt heel hard gelachen om het stukje met die Belg.. Wat een grap! En we zijn ook blij te horen dat jullie allemaal nog intact zijn :).
Veel Liefs!
Wat heerlijk om van jullie te horen, wat een prachtig verjaardagscadeau! Wij zijn onder de indruk van jullie inventiviteit, doorzettingsvermogen en "globetrotterness" (awesomeness) en dan hebben we het nog niet eens over jullie communicatie met de lokale bevolking. Rijden jullie nu via Kayes, Diéma, Bamako? Groente en kussens voor jullie allemaal.
Woh, wat een mooie verhalen!
Ik kneep hem wel even, omdat er al een paar dagen geen bericht was. Maar dit is geweldig wat jullie allemaal meemaken!
Geniet van maili en een goede reis naar Burkina!
Hartelijke groet,
Yvonne
St. WOL
Chrisje ook gefeliciteerd! Mooie verhalen en dan denk ik dat jullie nog niet eens de helft hebben verteld.Heel wat anders dan een kampeervakantie op Texel (ook in het zand). Grappig dat je in the middle of nowhere toch weer Nederlanders tegenkomt. Hoeveel graden is het daar nu waar jullie rijden? Goede reis verder.
liefs
Erg blij dat alles goed is met jullie, die paar dagen radiostilte (en nog wel in Mauretanië) vonden wij wel spannend. Maar wat hebben jullie je er met veel enthousiasme, inventiviteit, creativiteit en (last but not least) humor goed doorheen geslagen. Geweldige belevenissen, waar jullie op een heel leuke en ontspannen manier over schrijven, heel goed hoor!!! We zijn ook heel benieuwd naar de foto's.
Van ons ook de allerliefste groetjes en kussen voor jullie alle zes, en een aaitje voor de auto's.
Wow wat een mooie verhalen! Jullie maken echt veel mee. Ik ben blij om te horen dat alles goed gaat, op de enkele reparaties van de auto's na. Ben alweer benieuwd naar jullie volgende belevenissen en foto's. Goede reis! Liefs Wilrike
samen lezen wij jullie verslagen en zijn weer helemaal gerustgesteld,die autootjes laten jullie niet in de steek. veel sterkte voor de laatste etappe. Lieve groetjes
Prima verhaal weer. Je bent bijna op bekend terrein Belle.
ook ik ben erg blij met jullie goedgeschreven en leuke spannende verhalen . goede reis verder en verheug me op de beschrijving van aankomst in Burkina...ook mij nog bekend met veel fijne herinneringen
Nog gefeliciteerd. Wat een prachtige verhalen. Kunnen jullie iets over de temperaturen, luchtvochtigheid ed schrijven aub? Heb geen idee. Nu sterkte allemaal.
groeten Trix
Weer een mooi verhaal met (heel fijn) steeds een goede afloop.. Fijn dat jullie er veilig doorheen komen! Ben benieuwd naar de foto's, oa van de wilde aap haha!
Xx
Hoi Tom en mede Patrol avonturiers,
Werkelijk fantastisch al jullie ervaringen en de sappige verslaglegging. Wat mij opvalt is dat wij hier in de "eerste wereld" veel kunnen leren van de zogenaamde derde wereld daar waar het gaat over gastvrijheid, een kopje thee hier, een lekker hapje daar en de aandacht/interesse voor anderen dan je zelf. Neem de pechgevallen die jullie hebben gehad, midden in het grote niets wordt er gelast een dynamo gereviseerd enz. Hier kan men niet eens een simpel spanrolletje repareren als je langs de snelweg stilvalt, dat duurt dan eerst 3 uur wachten op de ANWB die je dan vervolgens naar een garage laat slepen die er dan weer twee voor nodig heeft om eea te vervangen, niks repareren daar zijn wij te lui/luxe voor geworden. Als ik dan ook nog tussen de regels lees hoe vrolijk men is en geniet van het leven en de toevallige vreemden die langs Patrollen dan kunnen wij nog veel leren van jullie ervaringen en moed. Heel veel succes voor de verdere trip en tot lezens.
Jan & Dorrith
Hee giselle wat een mooi verhaal dat je beleeft en erg goed van je dat het zo uitgebreid kan vertelen.
de groetjes van stijn
Wauwie wat een mooie verhalen en ervaringen! Ik lees iedere keer met veel plezier!
Nog veel succes en geniet er van! Bijna!! Bijna!! :D
liefs
Heyyy Gisel,
Zou journalistiek niks voor je zijn, wow wat kun jij overtuigend en meeslepend schrijven. Het is alsof ik ook met jullie meereis. (ik zou wel willen!!) Wat een avontuur... Blijf schrijven hoor! Ik blijf je volgen in elk geval. Liefs xx Pat
Goed om te horen dat het allemaal goed met jullie gaat. Wat een avontuur!
Ik wens jullie allemaal veel succes en tot snel.
Groet, Thomas
Proficiat nog Chrisje!!
Wat een dapper stel zijn jullie!!!
Ik doe het niet na dat is zeker!!
Pas goed op en schrijf zo verder.
WAUW Bob, Chrisje
Wat geweldig leuk jullie verslagen te lezen. Ik sluit me
aan bij de vorige reactie: dappel stel zijn jullie!!
Hier ga ik nog paar keer lekker voor zitten.
Alle goeds gewenst.
beste Afrika reizigers,
ik heb een aantal van jullie verhalen gelezen omdat wij van plan zijn in januari per fourwheeldrive van Nederland naar Benin te reizen. We zijn erg benieuwd naar tips van ervaren reizigers....we worden erg gewaarschuwd voor Mauritanië en zijn benieuwd wat de meest recentelijke stand van zaken is...
wie weet kunnen jullie ons iets meer vertellen?
bij voorbaat dank, en succes daar met jullie project,
groeten Lars en Dagmar
l.heemskerk@gmail.com
verbeek.dagmar@gmail.com
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}